Hier ziet u het Lijkwagenhuisje aan Beekstraat B88 waar nu het Esso-pompstation staat. Bij de mandenmaker Kolman werd door de begrafenisvereniging een ruimte gehuurd voor de stalling van de Eper lijkkoets. De werkplaats werd dan gebruikt als kleedruimte. De heer Kolman was hier vanaf 1924 mandenmaker en is in 1949 overleden. De Eper lijkkoets stond hier jaren onder dak. De auto die daar geparkeerd staat is een BMW-750.
Epe had vanaf 1882 een door de Kerkeraad van de Hervormde Gemeente een lijkwagen aangeschaft, een koets waar twee zwarte paarden voor liepen. Doordat deze eerste lijkwagen veel gebreken ging vertonen, werd op maandag 13 december 1915 besloten om een nieuwe lijkkoets aan te schaffen. Het was de fa. Asjes te Alkmaar die de nieuwe lijkwagen mocht leveren. Er was een bedrag van ± ƒ 900,-- gulden meegemoeid. Tevens wordt op 6 maart 1916 een eerste aanspreker aangesteld in de persoon van de heer W. van Putten.
Op maandag 17 juli 1933 komen in de lunchroom van de heer L. Beumer aan de Beekstraat tegenover de grote kerk – op deze plaats vestigde zich in 1935 Woninginrichting Jansonius, en nu zit hier al weer vanaf 1995 Middelink-Wonen –
een 12 tal mannen bijeen om te trachten een begrafenisfonds op te richten. Deze poging gelukte op die avond, alle aanwezigen traden als lid toe. Iedereen was het er over eens dat de Vereniging strikt neutraal moest zijn, zodat niemand bezwaar tegen het lidmaatschap zou kunnen maken. Een passende benaming werd gevonden in „Neutrale Begrafenisvereniging Gemeente Epe”. Als eerste bestuursleden werden (voorlopig) bij stemming benoemd de heren A.H. Hanekamp, G. Kwakkel Joh.zn., H. Niemeijer, J. Simons en J.H. Zwart. In Juni 1950 werd de naam gewijzigd in „Algemene Onderlinge Begrafenisonderneming Gemeente Epe” met in 1980 aangevuld met de letters U.A. Epe beschikt over een modern uitvaartcentrum aan de Stationsstraat hoek Dwarsweg, die op woensdag 13 juni 1984 officiële werd geopend door wethouder mevrouw E. Blaak-Schuitevoerder. In 1933 werd de heer Gerhard van Putten benoemd tot „drager” hij heeft dit beroep 53 jaar uitgeoefend. Als dank hiervoor ontving hij in december 1986 de zilveren medaille in de Orde van Oranje Nassau. Het was tijdens afscheidsreceptie van de heer van Putten dat de toenmalige burgemeester van Epe de heer H.J. Beuke in restaurant Stern de medaille op zijn revers spelde.
De man die als koetsier het laatst de lijkkoets heeft gereden was de heer Peter van Tongeren. Volgens zijn zeggen werd de lijkwagen vanuit Alkmaar per trein naar Epe vervoerd. De stalling van de lijkwagen vond plaats in het zogenaamde lijkwagenhuisje dat de diaconie had laten bouwen aan het eind van de Beekstraat (rechts) vlak bij het begin van de Tongerenseweg. Schuin tegenover het (later afgebroken) lijkwagenhuisje – op de plaats waar nu het kantoor staat van de verzekeringsmaatschappij Univé – woonden in de eerste helft van de vorige eeuw in een klein boerderijtje Gerrit van Werven en zijn zuster Gerritje. De drie markante lindebomen die voor hun huisje stonden staan nu nog voor het Univé pand. Gerrit was bij vele Epenaren bekend omdat hij iedere zondagmorgen toezicht hield bij de gestalde fietsen rondom de Gereformeerde (Regenboog) kerk aan de Beekstraat 33, tijdens de kerkdienst. Na afloop van de dienst kreeg hij van menigeen een stuiver, een dubbeltje of ook nog wel eens een kwartje in de hand gedrukt, een aardige bijverdienste voor die jaren.
Gerritje de zuster van Gerrit van Werven had naast de boerderij ook een aardige bijverdienste door het verzorgen van de lijkwagen, en het aankleden van de paarden vóór een begrafenis en het weer afleggen van de lijkkleden ná de begrafenis. De heer Peter van Tongeren, de laatste koetsier die de lijkwagen heeft bereden, vertelt hierover als volgt: ‘Op de morgen van de begrafenis arriveerden bij het lijkwagenhuisje twee zwarte paarden. Deze paarden werden door Gerritje als volgt gekleed:
Bij eerste klas begrafenis:
Een lang zwart afhangend dek over de rug en een eveneens zwart kopdek – nee, „hoofddek” over het hoofd van het paard, plus oogkleppen. Ook werd er nog een pluim op het hoofd van het paard gezet tussen de oren. Aan weerszijden van de lijkwagen werd een zwarte lamp bevestigd omfloerst door een lange, zwarte doorzichtige sluier.
Bij een tweede klas begrafenis:
De paarden waren eender gekleed als bij de eerste klas, evenwel zonder pluim op het hoofd. Op de lijkwagen werden geen lampen met omfloerste sluier bevestigd.
Bij de derde klas begrafenis:
Vond geen bekleding van paarden plaats en evenals de tweede klas begrafenis werden er vanzelfsprekend ook geen bevestiging van lampen met omfloerste sluier op de lijkwagen bevestigd’.
De heer Gerrit van Werven overleed in oktober 1958, binnen een maand gevolgd door zijn zuster Gerritje. Voor het bespreken van de lijkwagen kon men in vroeger jaren terecht bij de administrateur van de diaconie, de heer W. Holkeboer. Hij overleed in oktober 1961.
De lijkwagen is in de loop der jaren onder andere bereden door de heren Van Lohuizen, Bredenoord, Bart Witteveen en Bertus Pannekoek (laatstgenoemde was verzetsman en is in 1944 met vele anderen in Epe door verraad opgehaald door de Duitsers en nooit teruggekomen). Bertus Pannekoek werd in 1944 opgevolgd door Peter van Tongeren de laatste koetsier die de lijkwagen zou berijden. De laatste keer dat de lijkwagen nog dienst deed was op donderdag 29 maart 1962. Begraven werd de heer Willem van Putten die op maandag 26 maart was overleden. De heer Van Putten die tijdens zijn leven zo nauw bij het begrafeniswezen, inclusief de lijkwagen, betrokken was geweest. Vergeten stond de lijkwagen na 29 maart 1962 ergens op stal in Epe. Vele jaren later, in 1990, werd de lijkwagen weer van stal gehaald om overgebracht te worden naar (zijn laatste rustplaats?) de museumboerderij „Hagendoorns Plaatse” in en aldaar bijgebouwde wagenschuur. De museumboerderij kunt u vinden aan de Ledderweg 11 in Zuuk (Gemeente Epe).
Bron: Verenigingsblad Historische Vereniging Ampt Epe – Nummer 101 – Gebruiken rondom begrafenissen in vroeger jaren te Epe; De lijkwagen - auteur De heer H. Bultman.
Dit item is op vrijdag 13 april 2012 aan de online collectie toegevoegd.