Hotel Jagtlust was een voormalig jachthuis van koning Willem III. Een zekere Hendrik Freriks was vroeger in De Steeg werkzaam als tuinman op huize ‘Dalstein’ in Ellecom. Het plaatsje De Steeg ligt ten oosten van Arnhem tussen Ellecom en Rheden. Deze Hendrik Freriks kocht omstreeks 1910 het jachthuis van koning Willem III. Het was aanvankelijk een soort boerderij met ernaast een kookhuis en kwekerij. Die kwekerij lag ongeveer ten zuidwesten van het pand, terwijl tegenover het pand in die tijd van koning Willem III een hertenkamp moet zijn geweest, dat later een vennetje werd en tegenwoordig een bos met villa’s. Hendrik Freriks had twee zonen, namelijk Reinder en Hendrikus. Reinder werd boer en Hendrikus volgde zijn vader op en begon omstreeks 1911 in een deel van het pand een hotel. Rond die periode werd huize Jagtlust ook uitgebaat als pension, en wel door Mej. Wed. G. van de Gen.
In de GIDS VOOR EPE in 1924 wordt de omgeving van Hotel Jagtlust als volgt omschreven: Steken we ergens ’t fietspad dwars over, dan komen we in de bosschen van Jachtlust, waar tal van paden elkander kruisen en ge dus naar hartelust kunt dwalen. Worden in den zomer de wandelaars hierheen gelokt, in ’t najaar zwerft er de jager, in den winter werpt er de houtakker de boomen krakende neer; de boeren en kooplieden bezoeken de veilingen, waarvan Hildebrand in de Camera Obscura vertelt (’s Winters buiten) en spoedig daarna wordt het hout bij wagenvrachten uit het bosch weggevoerd.
Het oudste gedeelte is door de laatste brand in 1988 verloren gegaan. Volgens insiders moet omstreeks 1919 het voorste gedeelte gebouwd zijn. Ook in de oorlogsjaren 1940-1945 bleef Jagtlust niet gespaard en kreeg in het voorste gedeelte, de hotelaccommodatie, inkwartiering van Duitse soldaten, terwijl het achterste gedeelte bewoond bleef door de familie Freriks. Op huize Larikshof, wat op een steenworp afstand van pensioen Jagtlust stond, waren in de Tweede Wereldoorlog joodse mensen ondergedoken, die grotendeels van voedsel werden voorzien door de familie Freriks van Jagtlust.
Tot 1953 werd hotel Jagtlust nog geëxploiteerd door de familie Freriks en stond bekend als een uitstekend hotel. Vervolgens ging de familie M.D. Boersma uit Amsterdam Jagtlust runnen, en wel van 1953 tot 1956. Ook schonk de heer H. Freriks eigen gekweekte populierenbomen aan de gemeente Epe, die destijds gepoot werden langs de Populierenlaan. De Populierenlaan werd begin dertiger jaren aangelegd. Aanvankelijk zou de laan Frerikslaan gaan heten, doch dat weigerde hij.
In 1962 kocht de heer Paul Luttger hotel Jagtlust van de heer Ackermans die uit Amsterdam kwam. Paul Luttger kwam uit het buitenland en was beslist niet thuis in de horeca, hij zat in de technische industrie. In 1969 ging hij scheiden van zijn vrouw, om vervolgens in 1970 te hertrouwen met Ingrid Mesker. Paul Luttger was degene die er toen een manege van gemaakt heeft, hij bouwde stallen en vele jaren lang is het een eldorado geweest voor ruiterkampen uit het westen van Nederland. De familie Luttger heeft tot het voorjaar van 1976 de leiding gehad over hotel Jagtlust. Men stond voor de keus of hotel Jagtlust goed verkopen of een hele hoge hypotheek nemen en de boel verbouwen naar de moderne maatstaven van die tijd. Op een zekere dag kwam er een meneer Sikkens aan de bar zitten, en vroeg of de zaak te koop was. De familie Luttger kwam tot overeenstemming en verkochten hun hotel aan de heer Sikkens. De heer Sikkens was een nazaat van de verfindustrie, maar is maar ander half jaar eigenaar geweest. Paul Luttger is op 87 jarige leeftijd op 17 augustus 2012 in Malaga overleden
Pension Jagtlust heeft in de loop der jaren enorm veel eigenaren en inwonende gehad, te veel om op te noemen. Toch wil ik nog graag een drietal eigenaren de revue laten passeren. Op 22 september 1977 kreeg de heer W. Ouwerkerk vergunning van de gemeente om hotel Jagtlust te vernieuwen en te moderniseren. Het bleef een trekpleister voor ruiter en toerist. Epe kreeg er daarmee weer een accommodatie van zo’n dertig bedden bij. Hotel Jagtlust mikte toen ook op logerende ruiters en hun paarden, gezien het royale stallencomplex waarover Jagtlust toen beschikte. In april 1978 kon de vlag in top voor de opening van Jagtlust, die verricht werd door burgemeester J.H. Bergh. Velen uit de wijde omtrek en ruiterwereld alsmede vrienden en kennissen van de heer en mevrouw Ouwerkerk-Elskamp kwamen hen gelukwensen met de openstelling.
In mei 1983 werd J.H. Bakker de nieuwe eigenaar van het ruiterhotel en de manege Jagtlust. De heer Bakker ging het hotel uitbreiden met een zaal, waarvoor hij van de gemeente vergunning kreeg op 8 april 1986. Eind mei 1986 kon de nieuwe zaal in gebruik worden genomen. De zaal sloot aan bij de andere gezellige ruimten, die het sfeervolle en gezellige karakter behielden. Er werden toen ook huifkarritten door de bosrijke omgeving georganiseerd. In het seizoen 1987 kwam de Jagtlustboemel in actie door het vervoeren en rondrijden van vakantiegangers. Op maandagavond 5 december 1988 werd de Sinterklaasavond voor vele brandweer- en politiemensen wreed verstoord, want om negen uur sloeg het noodlot toe. Een vuurzee legde het hotel Jagtlust in een mum van tijd in de as.
Vervolgens kwam het pand in 1989 in handen van de familie T.J. Noijens, die het pand eigenhandig gingen verbouwen. Toen zoon Maarten Noijens en Desiree Smit uit Vaassen op 15 augustus 1990 in het huwelijk traden, betekende dat tevens de officieuze opening van Jagtlust. Op woensdag 10 oktober 1990 mocht wethouder G.M. van Eek met het doorknippen van een lint Jagtlust officieel openen. De familie Noijens stopte met Jagtlust en ging vervolgens op 12 mei 1992 de in eigendom van de gemeente Epe zijnde pannenkoekenhuis de ‘Ossenstal’ exploiteren.
Er kwamen nieuwe gegadigden die het restaurant Jagtlust gingen runnen, namelijk Erik Reusen en Miriam Simonis. Op zaterdag 1 oktober 1994 ging restaurant Jagtlust opnieuw open. In januari 1995 werd Jagtlust weer hotel want Dick en Wendy de Groot werden de nieuwe beheerders en gingen met nieuw elan van start. In 1997 verdwijnt restaurant Jagtlust als horecazaak. In 1999 sloeg het noodlot opnieuw toe, want op 4 februari ging Jagtlust wederom in vlammen op. In 2001 werden de laatste resten van het voormalige hotel verwijderd. Op de plek van Jagtlust is eind 2001 een begin gemaakt met de bouw van twee villa’s.
Bron: Boek „Epe In Prenten en Verhalen” – van auteur J. (Jan) Gerard uit 2002.
Uitgave (1e kaart): Scholtens Boekhandel, Epe.
Gelopen: Ja.
Postzegel: Koningin Wilhelmina, 7,5 cent bruin.
Uitgave (2e kaart): Hotel - Pension- Manege "Jagtlust", Lariksweg 21-23 Epe - Tel. 05780-2826.
Gelopen: Ja.
Postzegel: Koninin Juliana, 25 cent, blauw.