Bijgaande foto is gemaakt door molenaar Jan de Vreede (84) op zijn terrein aan de Burgweg 8 in Wissel. Hij had de tegenwoordigheid van geest om dit tafereeltje bewust op de foto te zetten. U kunt namelijk rechtsonder nog net een aantal melkbussen zien, die daar opgeladen staan om vervoert te worden. In 1981 was het de laatste keer dat er melkbussen bij de boeren in Wissel werden opgehaald, om afgeleverd te worden bij de melkfabriek Gelria in Zuuk.

1). De boeren werden verplicht om het melk van hun koeien eerste op te slaan in een tank die vervolgend door een vrachtwagen met tank werd opgehaald . Een melkkoeltank is een liggend of staand roestvast stalen (RVS) vat waarin op een melkveehouderij de melk van een aantal melkmalen wordt verzameld en gekoeld op 3,5° Celsius, totdat het door een Rijdende Melk Ontvangst wordt opgehaald, meestal een keer in de twee of drie dagen, om naar de zuivelfabriek te worden vervoerd. Koeienmelk mag maximaal 72 uur op de boerderij worden opgeslagen, voor geitenmelk is dit maximaal 96 uur. Melkkoeltanks hebben een inhoud van 400 tot 36.000 liter.

Niet alle boeren in Epe en Wissel gingen over op dit melktanken. Ten eerste was het een probleem van de infrastructuur rond de boerderij. De zware tankwagen kon niet maar zo bij iedere boer bij de melkstal komen. Dus moesten er toegangswegen verhard en verbreed worden. De melkfabrieken verleenden de boer wel vaak financiële hulp. Want de aanschaf van een RVS tank met koelaggregaat en alles wat hiermee samenhing ging veel geld kosten. Veel melkveehouders stopten dan ook met hun bedrijf, of gingen dan over op een rundveebedrijf.

Tot de jaren tachtig kende Wissel een aantal melkrijders die al dan niet met paard en wagen of met de tractor er voor de melkbussen bij de boer ophaalden. Namen uit die tijd waren o.a. Gradus Gorselink, Driekus van Tongeren, Hendrik van Essen, Peter van Huffelen en Marinus Tiemens alias de ‘Tamme Rus’.

Op de foto ziet u naast de maalderij van Jan de Vreede de Vivo-winkel van Willem Wensink hier werd ook broodgebakken. De man op de fiets is Henk van Ee die een steuntje geeft aan Willem Reezicht om op de vrachtauto te klimmen. De vrachtwagen werd op dat moment gelost met zakken mais om bij Jan de Vreede gemalen te worden. Wat je langs de weg ziet staan, is meestal snijmaïs, een zetmeelrijk veevoer dat vooral wordt gebruikt in de rundveehouderij.

In Wissel had je een viertal warme bakkers, en dat is voor zo’n kleine gemeenschap best wel veel. Naast Willem Wensink aan de Burgweg werd ook broodgebakken door Berend Overbosch aan de Papenstraat, Klaas van de Vosse aan de Wisselseweg en Willem Olthof aan de Wisselseweg hoek Korte Blekersweg. Volgens Jan de Vreede bakte bakker Willem Olthof het fijnste brood van Wissel en omgeving. Het was zeer smaakvol en het rook er altijd heerlijk naar gebakken brood rondom de winkel. Op de gevel van de winkel stond de spreuk “Hier wordt brood gemaakt dat smaakt”.

Bron: 1.) www.wikipedia.org